We lezen vandaag Ps.20 helemaal

Een zondagse dienst wordt altijd besloten met het uitspreken van de zegenbede. Dat kan de aloude bede zijn uit Num.6 ‘De Here zegent u en behoedt u, De Here doet zijn aangezicht over lichten en zij u genadig, de Here verheffe zijn aangezicht over u en geve u vrede’. Ik herinner me nog steeds deze aloude en vaak gedragen woorden die aan het einde van de traditionele kerkdienst klonken. En wat was ik dan blij om deze woorden te horen. Niet zozeer om de woorden of de inhoud, maar vooral omdat ik dan wist dat de dienst voorbij was…

Soms horen we vrijere vormen van de zegenbede, soms is het een citaat uit bv. een brief van Paulus. En lang niet altijd klinken ze dmv woorden aan het einde van de dienst. Ook tijdens een dienst zingen en/of bidden we mensen de zegen toe. Denk aan het opdragen van kinderen, denk aan het uitzenden van een zendeling of na het dopen van iemand. Zegenen. Iemand het goede toewensen. Goede woorden uitspreken over iemand. Of, zoals direct na de zegenbede uit Num.6 staat ‘Zo zullen zij mijn naam op de Israëlieten liegen en Ik zal hen zegenen’. Gods naam leggen op iemand anders.

In Ps.20 zien we dit gebeuren. Het is een zegenlied voor de koning. Keer op keer klinken de woorden ‘Moge de Heer… moge Hij’ en dan gevolgd door een zegenwens. Ps.20 is een Psalm van David en een concreet voorbeeld van een zegenlied. Een zegenlied voor de koning voordat hij ten strijde trekt. Een lied van wensen, zegeningen, die de koning moet sterken in de strijd, hem klaarmaakt voor de strijd. Misschien wel net zoals de zegen aan het einde van een dienst de gemeente klaarmaakt voor haar taak in de wereld. God legt zijn naam op zijn volk. God legt zijn naam op de koning. Met andere woorden: God laat je niet alleen gaan. Hij is erbij.

Kijken we wat dieper naar de tekst van deze Psalm dan vallen een aantal zaken op. (1.) De eerste helft van de Psalm bestaat uit zegenwensen: moge de Heer antwoorden, beschermen, hulp zenden. Mag God je offers aanvaarden, je gaven gedenken en zo geven wat je verlangt. Samengevat in het einde van vers 6 in een soort van tussentijdse conclusie: ‘Moge de HEER al je wensen vervullen’. Dit werd de koning toegezongen voor de strijd. Dit is wat elkaar toezingen en bidden op bijzondere momenten in ons leven. Maar deze tussentijdse conclusie betekent niet dat God een soort van Sinterklaas is bij wie we ons verlanglijstje mogen indienen, want.. ‘hij vervult al onze wensen’. Nee. En dit weten we ook wel. God is geen automaat waar we een gebedje ingooien en Hij geeft wel. En toch mogen we elkaar het goede toewensen. Toch mogen we elkaar zegenen en misschien zelfs wel God gedachten over de ander uitspreken. Ik hoop en bid dat God je zal beschermen; je zal leiden op de weg die je gaat; je gebeden beantwoord en je het verlangen van je hart geeft. Soms concreet en praktisch als het gaat om woonruimte of werk; soms dieper en emotioneel als het gaat om je verlangen naar een levenspartner, vertroosting of genezing. ‘Moge de HEER al je wensen vervullen’.
(2.) Na de reeks aan zegenbedes verandert in vers 7 het perspectief en neemt de geadresseerde het woord, de koning antwoord: Ik weet het zeker. God zal de overwinning schenken. God zal antwoorden. Het zegenden door het volk geeft hem vertrouwen. Niet zozeer vertrouwen in de overwinning, maar vooral vertrouwen in God. En hij vervolgt: anderen vertrouwen op paard en wagens, maar wij, wij vertrouwen op de naam van de Heer. Let op: het is niet alleen de koning, maar het ‘wij’ geeft koning en volk aan. In het volste vertrouwen dat God erbij is bereiden koning en volk zich voor op een naderende strijd. En hoe dan ook, wat er ook gebeurt, hoe de strijd zich ook zal ontwikkelen, één ding is zeker: God antwoordt.

Of het nu aan het einde van een zondagse dienst is, of dat het om een bijzonder moment gaat van opdragen, doop of huwelijk, de zegen hoort erbij. De zegen doet iets. Niet als een magisch ritueel of toverspreuk. Nee, de zegen betekent Gods naam op iemand leggen. Gods naam waarvan we weten vanuit Ex.3 dat deze ‘Ik ben die Ik ben’ is. God is erbij. Hij die was en is en komt.
Dus, hoe je dag er verder vandaag ook uit zal zien: God is erbij. Hoe je week ook verder zal verlopen: God is erbij. Welke grote hobbels er ook voor je liggen: God is erbij.
Wees gezegend.